Dag 15: 8 januari 2020 - Ergens tussen El Nido en Coron
Ook hier begint er een haan al vroeg te kraaien, rond vijf uur ben ik klaar wakker en voel me uitgerust. Ik ga me opfrissen voor de rest wakker is en gebruik de rust om de schade van een paar dagen niet schrijven in te halen. Ik ben een beetje droevig (serieus) omdat onze dagen op de boot en onze expeditie al voorbij zijn. Ik had gewoon voor die 5-daagse tour moeten gaan!
Als langzaam iedereen ontwaakt is het tijd voor ontbijt. Gijs is weer opgeknapt en eet als een bouwvakker om de schade in te halen. We pakken snel onze spullen weer in en worden met de kano door het enge kwallen-water weer terug naar de boot gebracht. We varen naar onze eerste stop, een strand (Dipalan) waar we heen kunnen snorkelen. Het waait hard wat het zwemmen zwaar maakt. Dan zie ik ook nog eens creepy vissen in holletjes tussen het zeegras. Ze staren me aan en hebben een ‘boos mondje’. Ik krijg last van aanstelleritis en raak helemaal in paniek van de rare dieren.
Nadat ik bij ben gekomen op het strand en wat heb rondgelopen, zwemmen we weer terug naar de boot. Natuurlijk probeer ik de enge grasvissen te ontwijken, maar op de één of andere manier zwem ik weer precies over ze heen. Volgens mij ben ik in recordtijd terug bij de boot.
Het volgende strand waar we stoppen is echt prachtig, ik denk wel het mooiste tot nu toe, Ditaytayan. Hier kunnen weer zwemmen, snorkelen en chillen op het strand. Het is zonde dat er best veel afval ligt, dit heb ik eigenlijk verder nergens gezien. Om de hoek ligt onze lunch spot, bij een zandbank die uit een film lijkt te komen. De zon is super fel en ik heb nog nachtmerries van ons vorige avontuur op de zandbank bij El Nido, dus ik besluit om onder het afdakje bij de boot te kijken. Zoals elke keer als ik een stop ‘oversla’ heb ik hier achteraf weer veel spijt van.
We maken het beste van de tocht naar ons eindpunt Coron en slaan de flessen rum die we nog hebben achterover. We doen goed ons best en moeten zelf nog even onderhandelen met een andere boot waar er frisdrank geruild wordt voor meer rum. Deze keer doe zelfs ik mee met de drankspelletjes, een unicum.
Bij de haven van Coron voel ik me timide, alsof dit al het einde is van de hele vakantie. Onze bagage wordt uitgeladen en er komt een heuse drugshond om onze spullen te besnuffelen. Het is de schattigste drugshond ter wereld. Een ieniemienie jack russel die meer geïnteresseerd lijkt in knuffelen dan in onze tassen. Natuurlijk vind hij niets, maar mag nog wel een oefening doen waarbij de drugs tussen onze tassen wordt verstopt. Iedereen juicht voor het diertje als hij hierin slaagt. Het is zo schattig!
We nemen afscheid en er wordt een groepsfoto gemaakt. Dan gaat iedereen zijn eigen weg. Gijs en ik pakken een tricycle naar ons verblijf Kokonuss. Het is een superfijn verblijf, met een zwembad en restaurant. Jammer genoeg blijven we hier maar één nacht. We frissen ons op en gaan naar het restaurant voor spaghetti en bier. We regelen alvast een transfer voor de volgende ochtend om naar de luchthaven te komen, voor we in onze zachte bedjes duiken en dromen over de toffe trip die we gemaakt hebben.
Reactie schrijven